Meer dan een eeuw actief voor Hoorns erfgoed

Het Patriottisme in Hoorn in de jaren 1786 en 1787 (15)

Dat zou ook op paasdinsdag 20 april gebeurd zijn, als burgemeesteren geen bezwaar hadden gemaakt. En dat nog wel terwijl de Unie van Utrecht in art. 8 iedereen 't recht gaf zich in de wapenhandel te oefenen, beweerden de patriotten. Een zonderling relaas, dat zeker niet de bedoeling van de Unie van 1579 kan zijn geweest, daar anders de vorming van allerlei "staten in de staat", ieder met hun particuliere legers - nog menigvuldiger dan de legers der Zeven Gewesten - niet uitgebleven zou zijn. Neen, de Unie van Utrecht was zeker geen modelgrondwet. Doch men kan er zeker van zijn, dat Jan van Nassau en de zijnen nooit beoogd hadden iedere particuliere Nederlander maar op eigen houtje soldaatje te laten spelen.

De heren hadden echter de wind mee en in juni keerde "Voor Vaderland en Vrijheid" terug. Gecommitteerde Raden verklaarden de gevolgen voor hun rekening te nemen. 't Duurde niettemin tot 22 augustus eer 't Genootschap weer op 't land buiten de Westerpoort oefende. Een maand tevoren waren de zeven arrestanten vrijgelaten, onder voorwaarde, dat ze de stad niet zouden verlaten.
In augustus begonnen de ruitentikkerijen weer. Maar nu bij prinsgezinden, zoals burgemeester Jan Jager en 'n viertal leden der vroedschap.

In de Gouw, aan de westzijde, 't tweede huis van de Nieuwe Steeg werd nog in de zelfde maand een burgersociëteit geopend, met de klinkende naam "Vaderlandsche Sociteydt". In de meeste steden, met een voldoend aantal patriotten, was zulk een instelling in 't leven geroepen. Er werden veel avondbijeenkomsten gehouden, terwijl er ook 'n leestafel was, waar men de beste "Nieuwspapieren en tijdingen" kon vinden. 't Doel van de leden, behalve gezelligheidskring, was meer invloed van de burgerij op de regering te verkrijgen. Daartoe werd op maandag 3 september een vergadering gehouden, waarin men een elftal heren aanwees om als z.g. geconstitueerden hun aller belangen bij 't stadsbestuur te bepleiten. 421 personen tekenden een acte van qualificatie, opgemaakt door notaris B. v. d. Velden. Hierin schreef men, dat men "vanwege de bekommerlijke toestandt van ons lieve Vaderlandt, in het algemeen en van deze stad in het byzonder, alsmede de drukkende beswaaren en de ingeslopen misbruiken, alle middelen" diende aan te wenden. Bovendien beloofden de ondertekenaars persoon en goed van de geconstitueerden met al hun vermogen te zullen beschermen. De geconstitueerden waren Jan van de Pol, Jacobus van Crimpen (inmiddels dus weer uit Alkmaar teruggekeerd), Volkert Brouwer, Hendrik Boldingh, Jan Frederik Guillermat Welman, Cornelis Ment, Willem Ris, Herman Hulleman, Pieter Houttuijn, Klaas Breebaart en Paulus Bel.