Laatste rustplaats: vermoedelijk massagraf
Ide Appel was als klompenschilder werkzaam bij de klompengroothandel Kaldenbach op het Kleine Noord. In het laatste oorlogsjaar zat daar op zolder de vijfde klas van de door de Duitsers gevorderde Sint-Jozefschool. Die maakten gebruik van de ingang aan de Veemarkt. Tegenwoordig is er een rijwielhandel (Van Vliet) gevestigd.
Net zoals zovelen werd Ide Appel te werk gesteld in Duitsland, in een grote fabriek. Daar nam men het wat betreft vrije dagen niet zo precies waardoor verlofdagen werden opgeschort. Dit was al een paar keer gebeurd en daarover ontstond ontevredenheid. Dat was de reden dat hij met een kameraad de benen nam, terug naar Nederland. Ze kwamen tot Rotterdam. Om controle daar te ontlopen kropen ze op het dak van de treinwagon, waar ze in zaten. Zo hoopten ze ongemerkt verder te komen, naar Amsterdam. Maar nog in Rotterdam werden ze door iemand verraden, opgepakt en naar een concentratiekamp afgevoerd. Appel heeft in meerdere kampen gezeten en is tenslotte in Bergen-Belsen overleden.
Terzijde:
coïncidentie met de lotgevallen van de zusters Margot en Anne Frank
Opmerkelijk is dat Ide Appel tegelijk met de zusters Margot en Anne Frank in Bergen-Belsen
heeft gezeten. Die zijn daar omstreeks dezelfde tijd om het leven gekomen.
Na hun onderuikperiode in het 'Achterhuis' (juli 1942 - augustus 1944) waren Anne en
Margot via Westerbork ( september 1944) eerst naar Auschwitz en kort daarop al (oktober
1944) naar Bergen-Belsen getransporteerd.
In die periode begonnen de Duitsers grote aantallen gevangenen uit kampen in het oosten
naar het westen over te brengen, vaak in veel slachtoffers eisende 'dodenmarsen' voor de
oprukkende Russische legers uit. Zo steeg het aantal gevangenen in Bergen-Belsen in zeer
korte tijd van 15.000 begin januari 1945 naar 22.000 (eind januari), 41.000 (eind februari)
tot zelfs 60.000 bij de bevrijding. Het lijkt erop dat ook Ide Appel en de zusters Frank
hoorden tot die gevangenen die tegen het einde van de oorlog uit meer oostwaards gelegen kampen
naar Bergen-Belsen waren overgebracht. De toch al slechte omstandigheden verergerden nog veel meer.
Er was gebrek aan alles, epidemiën braken uit. Lijken konden op het laatst niet meer gecremeerd
en zelfs niet meer begraven. In die periode alleen al zijn daar naar schatting 35.000 mensen omgekomen.
Anne en Margot zijn in februari/maart 1945 (precieze datum niet bekend) kort na elkaar in een
tyfusepidemie omgekomen.
Enkele weken later, op 15 april 1945, werd het kamp door de Britten bevrijd, helaas te laat
voor de zusjes Frank en ook te laat voor Ide Appel. Hun laatste rustplaats is waarschijnlijk
een naamloos massagraf.
Concentratiekampen in Duitsland
Concentratiekampen en vernietigingskampen in Polen
Voor de onthulling van de plaquette op 4 mei 1953 was de uitnodiging gericht aan mw. D.J. van Geelen-Mooij, Pieter Florisstraat 32, zijn (intussen hertrouwde?) weduwe.
Research, samenstelling en teksten: Peter Tack
Foto's: Diana v.d. Hoogen, internet
© Vereniging Oud Hoorn 2010/2024