Dat is ook iets aparts, wat er nu tegenover hem staat. Een trotse gevel, waar zeven grote
leeuwen op zitten met gekleurde schilden. De Oudhollandse bouwstijl heeft hier Renaissance-allures
aangenomen. In vergelijking met het waaggebouw is het protserig, maar lelijk is het niet. Het
stelt zich op de voorgrond, maar maakt dan ook indruk door de kracht van zijn optreden. Men kan
het verdragen, dat hier "gewichtige" personages hebben vergaderd.
Welke route zal hij nu volgen? Niet die rechte winkelstraat. Daar opzij, waar zou dat heenleiden?
Kerkstraat heet het. Ah, misschien nog wel een oude kerk in het hart van de stad. Maar dat valt
tegen. Als hij langs aardige oude gevels en een voornaam herenhuis gelopen is, komt hij wel op
het Kerkplein met een grote zwaargebouwde kerk, maar die kerk is noch oud, noch bijzonder mooi.
Het relief, dat rechts onderaan de kerkmuur is aangebracht, bevalt hem: ecn herinnering aan
droeve dagen, door kunstenaarshand treffend gesymboliseerd in een krachteloos vallende figuur.
Aan de overkant nog een zeer oude gevel van een groot huis. Hier is de deur nog in een poortje
bewaard. Het eigenaardige is, dat hij, terwijl hij recht voor de gevel staat, toch alles ziet
alsof hij er schuin voor stond; zo sterk zelfs, dat het gehele benedengedeelte, twee verdiepingen
hoog, meer naar links staat dan het bovengedeelte. Het is hem trouwens al eerder opgevallen, dat
haast alle gevels geren in Hoorn. Misschien is dat gedaan voor de zon, schiet hem te binnen. Nu
vangt het huis aan de achterzijde meer zon, dan wanneer de zijmuren loodrecht op de voorgevel
stonden. Maar waarom dat schuine dan nog sterker gesuggereerd in,de voorgevel? Want ook in de
Frahchtwagen waren de ramen van de pui verschoven. Daar naar rechts. Misschien alleen om dit
effect, dat het nu hier ook teweegbrengt: hij ziet niet alleen een gevel, hij ziet een huis.
Sint Jans Gasthuis.
Hij leest boven de ramen: Sint Jans Gasthuis. Daarboven staat een beeld van St. Jan de Doper.
Dit gebouw is eigenlijk mooier dan het museum op de Rode Steen. Ook hier is op de trappen van de
gevel beeldhouwwerk aangebracht, maar het geheel is harmonischer, rustiger en meer getrouw aan
de Oudhollandse bouwstijl dan het museum. Een klein oud halsgeveltje wankelt ernaast ter ene zijde
en een arrogant recht huis staat ter andere zijde.
Het Kerkplein zelf heeft wel iets prettigs vanwege het centraal domineren van de ene grote kerk
temidden van de merendeels lage en kleine huizen rondom. Het lokt de schilder achter de kerk om
te lopen.