Meer dan een eeuw actief voor Hoorns erfgoed

Vondel en Hoorn (8)

Wij zouden elders in de historie moeten graven of de werkelijkheid op Vlierbeek heeft beantwoord aan de ideale schildering, die de zwaar verliefde minnaar daarvan gaf, maar dat valt buiten de band, die Vondel aan Hoorn bond. Daarvoor moeten wij nogmaals terugkeren naar Katharina van de Vondele. In de tijd van haar zoeken, haar strijd 1) en tenslotte van haar gang naar de katholieke Kerk heeft Vondel te haren huize leren kennen en waarderen pater Adriaen Motmans O.F.M. Deze volgde in 1638 zijn ordebroeder Tyras op in de statie van de "Dry Tulpen". Hij werkte daar tot zijn dood in 1652. De geest van zijn ordestichter, S. Franciscus van Assisië, moet hem wel volkomen hebben bezield, want zijn dood werd door katholiek en niet-katholiek betreurd. Ruim 1200 mannen van verschillende godsdienstige gezindten volgden zijn lijkbaar. Vondel schreef een treffende lofprijzing onder het portret, dat Cornelis Vischer graveerde.

Wie Motman zoeckt, genoegh zich met den zwier
En ommetrek, gevat op dit papier.
Dees Helt, een eer van zijn geregelde Orden,
Is lang om hoogh een Sarafyn geworden;
Nadat hij hier geduldigh onder 't juck
Van Christus Kruis, in zorge en pijne en druck,
Franciscus volghde, en 't leven had gesleten.
Men ziet in'beelt de rust van 's mans geweten.

Aan het werk van de Franciscanen in Hoorn herinnert nog een altaaropstand uit hun statie "De Dry Tulpen", die in 1632 werd gesticht. Dit fraai uitgevoerde werk is thans in bruikleen afgestaan aan het Westfries Museum en is een van de mooie stukken daarvan.
Overzien wij het vorenstaande, dan vertrouwen wij aannemelijk te hebben gemaakt, dat Vondel met vele banden aan Hoorn verbonden is geweest en dat Hoorn een stad. was naar zijn hart. Hij bewonderde haar als zeestad, hetgeen niet zal verwonderen van een man, die voor de zeevaart een zwak had. Stelde hij in 1613 niet een "Hymnus oft LofGesangh over de wyd-beroemde Scheepvaert der Verenigde Nederlanden" samen? En gleed hem in 1625 nog niet een "Klinckert aen Schippers en Stuyrluiden" uit de ganzeveer?
Typerend is, dat hij, die de burgerij van Hoorn goed moet hebben gekend, deze "Een stille burgerij" noemt. Ook Haesje Augustijns, dochter van Pieter Harmansz Augustijns, schepen van Hoorn, die hij vermoedelijk ten huize van zijn zuster Katharina heeft leren kennen, noemt hij "stil" in het gedicht dat hij vervaardigde ter gelegenheid van haar huwelijk met Ventidius Riccen, kastelein en hoofdofficier der stede Purmerend, enz.

Tabernakel

Tabernakel.
Afkomstig uit "De Dry Tulpen".

Laet Ventidius U beschermen,
     Zijne liefste, stil van aert,
Die zijn vaders stam bewaert.

Wij menen, dat wij aan dit woord hier de betekenis van "rustig" moeten geven. En dan is het een te waarderen eigenschap van de oude poorters en poortersen van de goede stad Hoorn.

P. NOORDELOOS.

1) J. F. M. Sterck (De genealogie van Vondel. Vondel, ed. Wereld Bibliotheek V, p. 51) zegt dat Katharina in 1644 tegen de zin van haar man katholiek geworden is. Dit suggereert dat deze toen nog in leven was. Uit G. Brandts Leven van Vondel (p. 113) zou men kunnen lezen, dat zij reeds de "schrandere weduwen zoet op Poëzy" was toen zij deze stap zette. Dat Jan Az. Bruyningh in 1631 reeds was overleden, gelijk H. J. Heshuysen. (Het geslacht Bruyningh, in Amsterdamsoh Jaarboekje 1900. p. 125) wil doen geloven, is zeker onjuist, aangezien hij in 1637 nog voorkomt onder de erfgenamen van Sara Cranen. zijn schoonmoeder. (J. F. M. Sterck, Oorkonden over Vondel en zijn kring. Bussum 1318. p. 274 en 329). Wanneer hij echter wel is overleden hebben wij niet kunnen achterhalen.