Meer dan een eeuw actief voor Hoorns erfgoed

Grote Kerk te Hoorn

Het carillon - Oorlogsmateriaal en herstel

Helaas zou Hoorn niet lang genieten van het instrument. Op 24 maart 1943 verdwenen alle klokken naar Duitsland om vergoten te worden tot oorlogsmateriaal. De ontreddering in de toenmaals kleine stad was groot. 3279,1 kg metaal, met zoveel moeite bijeengebracht, werd uit het hart van de stad en vele van haar inwoners, weggerukt.

Hoorn liet het er niet bij zitten. Meteen na het einde van de Tweede Wereldoorlog startten zowel bestuur als allerlei groepen burgers met inzamelingen om weer een carillon aan te brengen.

Inhijsen klok in 1950 Zo klonken in 1950 opnieuw klokkentonen over de stad. Niet alles was verdwenen: 16 klokken van het oude werk werden nog teruggevonden. Van Bergen uit Heiligerlee goot de nieuwe exemplaren. Op zaterdag 26 augustus 1950 te 14.45 uur nam Staf Nees, Meester-Beiaardier van Mechelen plaats achter het klavier om het inhuldigingsconcert van de nieuwe beiaard te Hoorn ten gehore te brengen.

De voorzitter van de Vereniging Het Carillon te Hoorn , de heer G.D. Scholten, had op buitengewoon enthousiaste wijze 20 jaar lang de Vereniging geleid. Onverzettelijk zette hij zich in om na de wegvoering in 1943 een nieuw klokkenspel te realiseren. Hij overleed eind 1947 in de zekerheid iets van grote waarde voor het nageslacht tot stand te hebben gebracht.

J.C. Kerkmeijer was hem opgevolgd. Hij mocht het vreugdevolle feest van de inwijding van het nieuwe carillon meemaken, doch stond in zijn late levensjaren voor de taak, het instrument handen en voeten te geven in de Hoornse gemeenschap. Dat lukte slechts voor een korte periode.

carillon 1950--2005   carillon 1950--2005

Na de stadsbeiaardiers Wim ter Burg en B.J. van der Veen werd al in 1969 geen beiaardier meer aangesteld. Het resultaat laat zich raden: een snel verval, vandalisme, ook toen al (!) en tenslotte verwijdering van het gehele mechaniek dat met zoveel zorg en opoffering door de burgerij bijeen was gebracht. De klok sloeg heel en half uur en daar was het mee bekeken.

Overlijden en vertrek van bestuursleden brachten ook de Vereniging naar de rand van haar bestaan.