Over twee acrobaten: sterren in de showbiz van toen
Gerrit Fonk en Chris Kolder waren allebei Amsterdammer van geboorte. De jonge Fonk ging na de lagere
school werken bij de suikerwerkfabriek van Klene en Co. aan de Looiersgracht. Kolder werkte bij Lucas
Leemhorst; ook een dergelijke fabriek. Die zaak ging over de kop. En Kolder meldde zich bij Klene.
Fonk en Kolder hadden elkaar gevonden!
De belangstelling voor de acrobatiek was bij Fonk al snel gewekt. Want er werkte bij Klene ene Bartels,
die in zijn vrije tijd veel aan boksen en gewichtheffen deed en ook wel optrad als "sterke man".
Dan brak hij bijvoorbeeld hoefijzers doormidden. Die Bartels nu had al gauw geschoten dat Gerrit en
Chris "iets hadden" dat hen voorbestemde voor het artiestenvak.
De jongelui konden goed met elkaar opschieten. Ze gingen trainen op een acrobatenzolder in de Jonkerstraat.
Daar hadden ze al spoedig de smaak te pakken: ze werden met recht geïnfecteerd door de sfeer van
varieté en circus.
Er kwamen steeds allerlei beroemde varieté-artiesten uit die tijd op die acrobatenzolder trainen.
De jongelui leerden van hen de kneepjes van het vak. Coaches of trainers bestonden er niet in de acrobatiek.
Je moest alles zelf leren van oudere collega's of wat ook zo slecht nog niet is, door schade en schande
wijs worden!
De artiesten in de dop gingen nooit uit. Ieder vrij uurtje zaten ze op die zolder. En ze waren kennelijk
goed. Want op een bepaald moment kon Klene vaarwel worden gezegd: de vrienden trokken met de Richardini's
naar het buitenland. Dat was toentertijd een heel beroemde troep parterre-acrobaten. De jongelui kwamen
overal. Ze leefden als vorsten. En hun bankrekening steeg ook aardig. Want de Richardini's konden eisen
stellen. Chris en Gerrit verdienden in die tijd wel tweehonderd gulden in de week!
Na een jaar of vier gingen ze bij de Richardini's weg. Samen met "onderman" Dick Kratz vormden
ze het Corbi Trio.
Het Corbi Trio: v.l.n.r. Gerrit Fonk, Chris Kolder en onderman Dick Kratz. Het trio
begon áán tafel, waarna de act op de tafel werd afgewerkt. Een foto van maart 1932.
Dat trio is van Europese faam geweest. De heren "stonden" in varieté-programma's in
het Scala theater in Anrwerpen, kwamen voorts naar Den Haag voor een optreden in een programma tegelijk
met Lou Bandy. Ze maakten een lange tournee door Duitsland. Ze traden onder meer op in de beroemde
Berlijnse Wintergarten, in het Kinopalast in Düsseldorf, in het grootse Alcazar in Hamburg. Er
volgden tournees naar Zwitserland, Engeland en Italië.
En overal hadden ze succes. Maar dat succes kwam niet zo maar. "Wánt"; aldus
de heer Fonk in een interview met Jac. Groot, de bekende Westfriese journalist, "het leven van
artiesten bestaat uit misschien een uurtje optreden per dag en voorts trainen, trainen, trainen. Niet
roken, geen borreltje. En altijd zo vroeg mogelijk naar bed". Toch zagen de heren veel van
de steden, waarin ze optraden. Er werd namelijk regelmatig tijd gereserveerd voor
"sight-seeing". "Kijk"; aldus de heer Fonk, "je weet dat
je je vanwege je werk niet veel kan permitteren, want anders heeft dat onmiddellijk een schadelijk
effect, maar je kunt op je reizen ook veel zien. En dat moet je dan ook doen. Want trainingzolders
zijn er overal ter wereld..."
In Italië maakten Chris en Gerrit kennis met: Italiaans ijs!!! Op een bepaald moment kwam voor
het Corbi Trio een tournee door Frankrijk. Het Trio werd namelijk geëngageerd door het impressariaat
Portelli en Erenthal, het machtigste dat er toen in Frankrijk bestond. Die lieden hadden in Frankrijk
de hele kleinkunst-affaire in het betere genre in handen. Het begon meteen goed, want het trio mocht
optreden in de Moulin Rouge in Parijs. Na enige weken werd het Cirque d'Hiver aangedaan, daarna de
Empire, waar men in één programma stond met Lucienne Boyer ("Parlez moi d'amour")
en Maurice Chevallier. "Prachtige mensen"; getuigde Gerrit Fonk in eerder genoemd interview,
"helemaal geen kouwe drukte, altijd bereid tot een praatje. Maar ja, ons Frans was nou niet bepaald
"je dat" dus dat gaf nog al eens aanleiding tot verwarring...".