Meer dan een eeuw actief voor Hoorns erfgoed

Brief van het bestuur (archief)

Inrichting van het stadsstrand   (17-07-2019)


Aan het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Hoorn,
Nieuwe Steen 1
Hoorn


Hoorn, 17 juli 2019
Betref: De inrichting van het stadsstrand

Geacht college,


Op 8 mei hebben we met een aantal leden van onze werkgroep stadsontwikkeling van onze vereniging met interesse de inloopavond over het stadsstrand bezocht.

Deze eerste invuloefening hebben we binnen de vereniging geëvalueerd. Zoals u weet zijn wij geen tegenstander van het stadsstrand, vooroeverland passend binnen de context van het Westfriese landschap, behoort bij de rijkdom van landschapstypes rond het provinciaal monument de Westfriese Omringdijk. Onze bezwaren en zienswijze rond de dijkverzwaring hebben zich dan ook vooral gericht op het vervangen van de noordse steen door ander materiaal, het ontbreken van landschappelijke ontwerpuitgangspunten op een hoger schaalniveau en de zichtbaarheid van het parkeren vanuit de binnenstad.

Tijdens de inloopavond hebben we al laten weten niet gelukkig te zijn met de parkeeroplossing in “parkeerkoffers”. Hierdoor blijven een groot deel van de auto’s zichtbaar vanuit de binnenstad, Westerdijk en het Visserseiland. Het is de weerkaatsing van de zon op de autodaken en ruiten die van invloed is op de beleving van de mooiste baai van Nederland, het Hoornse Hop. De parkeeroplossing moet zodanig gekozen worden dat deze zo verdekt mogelijk is ten opzichte van het omringende landschap. Dit geldt zowel voor de zichtbaarheid vanuit de stad als vanaf de Westfriese omringdijk. 

De ontwerpkeuze voor een duinlandschap, een nollenlandschap, als inspiratie voor de inrichting van het vooroevergebied heeft ons zeer verrast. Het is een landschapstype dat wel binnen Westfriesland voorkomt maar dan alleen vlak achter het duingebied aan de westkust van Noord-Holland.Het is voor dit deel van de Westfriese kust een vreemde keuze die het monument de Westfriese Omringdijk daardoor op achterstand zet. Aan deze zijde van de Westfriese kust horen rietkragen, struikgewas, dijkjes en kleine boomgroepen tot de gereedschapskist van de landschapsarchitect.Een keuze die veel meer recht doet aan de monumentale status van de omringdijk. 

De ARO commissie van de provincie heeft in een eerder stadium al kritische vragen gesteld over de samenhang tussen de dijk en het stadsstrand en het ontbreken van uitgangspunten op een hoger schaalniveau. In onze bezwaren en zienswijze richting Provincie en Raad van State hebben we ook op deze kritische vragen gewezen. In principe ligt de oplossing voor een goede landschappelijke ingreep dan ook in de samenhang tussen de dijk en zijn vooroever. Het ontbreken van de goede uitgangspunten hiervoor op het hogere schaalniveau zijn nu terug te vinden in de zoektocht van de ontwerper naar de juiste samenhang tussen monument en strand. Wij bieden aan om in het najaar een atelier te organiseren om dit dilemma met elkaar op te lossen. Wij denken hierbij natuurlijk aan de gemeente en de door haar ingehuurde ontwerpers maar ook aan vertegenwoordigers van de ARO en de Provinciaal Adviseur Ruimtelijke Kwaliteit (PARK). 

De Westfriese Omringdijk verdient een eigentijds vooroeverproject met een stadsstrand dat past binnen de lange reeks tradities aan deze zijde van de Westfriese kust.


Hoogachtend,


Namens het bestuur van Vereniging Oud Hoorn


Jaap van der Hout, voorzitter

Matt Wever, secretaris

 

  Terug naar Brieven bestuur