Links van Smitje had je de bloemisterij van vanTartwijk. Dat werd
na één jaar snackbar Schagen. Daarnaast had je Groot Kleding.
Daar werd kleding gemaakt voor geestelijken en priesters en er werden maatkostuums
vervaardigd. Daarnaast zat Ruppert woninginrichting. Aan de overkant, op
de hoek Grote Noord - Nieuwsteeg (nu Douglas 2007) zat van de Brul, een
modezaak. Daarnaast stomerij Krom. Dan Lakeman met een schilderswinkel.
Ernaast Otto van Os, waar Van Zomeren, die bedrijfsleider was boven de zaak
woonde. Vervolgens had je kapsalon Feller. Dan de familie Eyken in hun
ijzerwaren/ijzerhandel en tenslotte een woonhuis, waar moeder Kaag in woonde.
Aan de rechterkant van Smitje was o.a. de winkel van de familie Hermary,
de Volksbazaar geheten en de Victoria Bioscoop met als eigenaar Joop
van Os, die boven de bioscoop woonde . Later woonde daar de heer Bakker,
die nu oude films van Hoorn draait. En naast Smitje zat Weidema ,
dames en herenmode. In 1964 werd dat een showroom voor kachels van de
fa Eyken van de overkant.
Concurrerende ondernemers waren toen Kalter, Tremonti Italiaans ijs en cafetaria
Foko op het Grote Noord hoek Duinsteeg. De laatste was er al, toen wij kwamen. Later
hoorden daar Conijn bij, die ook met automaten begon en cafetaria Schagen op het
Breed tussen Grote Noord en Achterom. Zoon Herbert Schagen begon een paar jaar later
naast ons, in het pand van Tartwijk de bloemist, ook een snackbar. Zijn vader
zei: "Als het bij Smitje regent, dan druppelt het bij jou".
Veel later pas kwam er ook nog de Siro bij. Dat werd later de Febo.
Het verdiende geld werd boven in de kamer op een zeiltje op tafel gelegd.
Maandagmiddag moest alles geteld worden. Geld stinkt, merkte je dan en je krijgt er
vieze handen van. Eerst moesten de kwartjes in rijtjes van vier naast elkaar liggen,
dan werd er geteld en moest alles in een jute geldzak worden gedaan (1000 stuks). De
zak werd dicht gebonden. Er werd een label aangehangen met vermelding van muntsoort
en aantal, bijvoorbeeld 1000 kwartjes is 250 gulden. Daarna moest een rode lakstift
verhit worden en werden er enkele druppels lak op het touwtje gedruppeld. Met ons
eigen stempel werd er dan Smit/MS in de hete lak gedrukt en als dat afgekoeld was,
kon de zak worden weggezet. En dan kwamen de andere munten aan de beurt.
Guldens 500 stuks, rijksdaalders 200 stuks. Zoveel gingen er in één
zak.
Mijn vader bracht die zakken in een rieten mand achterop de fiets met daarbovenop
een theedoek, naar het postkantoor. Daar werd het geld op zijn rekening gestort.
Dat zou nu niet meer kunnen.
In 1957 moest mijn vader vanwege gezondheidsredenen rustig aan doen en hij is
toen gestopt met zijn slagerij. Van rustig aan doen kwam niets terecht in de drukke
snackbar. In 1966 moest hij daarom met zijn zaak stoppen. Hij verhuurde de zaak voor
tien jaar met recht van koop aan zijn medewerker Piet van de Haar, die dat samen met
zijn schoonvader deed, die Ravenstein heette. De zaak werd Raco genoemd, maar in de
volksmond bleef het Smitje heten. Ravenstein woonde boven de zaak aan het Grote Noord
en Piet van de Haar woonde boven op het Achterom.
In 1976 stapte zijn schoonvader uit de zaak en werd de zaak weer Smidje genoemd,
maar nu met een 'd', omdat het in de volksmond nog steeds zo heette. Thijs heette
Smit met een 't', maar dat wilde Piet van de Haar niet, omdat hijzelf niet zo heette.
In ongeveer 1990 verkocht Piet van de Haar de zaak aan Wim Commandeur. Deze man
was nog medewerker van mijn vader geweest. Later verhuurde de heer Commandeur de
zaak nog aan andere personen.
In 2006 ging de zaak dicht en werd het geheel verkocht aan Piet Vlaar. Dit betekende
het einde van tijdperk 't Smitje.
Er is nu een damesmodezaak in gevestigd, Street One geheten en boven zijn appartementen.
Bronnen
Thijs Smit
Illustraties
T. Smit, Westfries Archief, NHD
© Eerder gepubliceerd in Kwartaalblad 2008/2