Meer dan een eeuw actief voor Hoorns erfgoed

Vereniging Oud Hoorn - Actualiteit

Onderzoek op bodem Hoornse Hop legt maritieme historie bloot 14 oktober 2020   (17-10-2020)

 Gemeente Hoorn In oktober 1573 zijn veel schepen verloren gegaan op het Hoornse Hop tijdens de Slag op de Zuiderzee. Nu 447 jaar later leggen archeologen de geschiedenis bloot.


Dit doen ze door met een speciale boot 80 vierkante kilometer van de bodem te scannen. De verwachting is dat ze hierbij verschillende scheepswrakken tegenkomen. Dit onderzoek is mogelijk gemaakt door de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed.

Één van de grootste zeeslagen
‘De Slag op de Zuiderzee is een van de grootste zeeslagen uit de Nederlandse maritieme geschiedenis. En die vond in onze voortuin plaats. Voor veel mensen is dit onderdeel van onze geschiedenis niet bekend. Door archeologisch onderzoek uit te voeren, willen we onze kennis hierover vergroten om zo de geschiedenis te kunnen vertellen’, aldus gemeentelijk archeoloog Michiel Bartels.

Minimaal tien scheepswrakken
De komende weken maakt het bedrijf Periplus Archeomare in samenwerking met surveybedrijf DEEP uit Amsterdam een scan van de Waterbodem in het Hoornse Hop. Een speciale catamaran brengt een gebied van bijna 80 vierkante kilometer in beeld. De catamaran legt hiervoor 900 kilometer af. De verwachting is dat hierbij minimaal tien scheepswrakken uit verschillende perioden worden gevonden. Daarnaast zullen ze ook andere zaken aantreffen zoals verdronken dijkresten. Nadat het gebied in beeld is gebracht, wordt hier een kaart van gemaakt met interessante objecten. Vervolgens zakt een archeologisch duikteam af om deze objecten verder te bestuderen.

Tachtigjarige Oorlog
De Slag op de Zuiderzee kan worden gezien als een kantelpunt in de Tachtigjarige Oorlog. De Watergeuzen, die vanaf het water tegen de Spanjaarden vochten, blokkeerden de belangrijke vaarroute over de Zuiderzee. De Spaanse vloot wilde die blokkade in 1573 doorbreken en stuurde een vloot naar de Zuiderzee. Om de Watergeuzen te helpen en te voorkomen dat de eigen steden werden aangevallen, formeerden Hoorn, Enkhuizen, Edam en Monnickendam een vloot om de te verwachte aanval af te slaan. Geheel tegen de verhouding in, werd de Spaanse vloot verslagen. De Slag op de Zuiderzee zorgde voor een ongekende welvaart in Westfriesland.

Archeologisch bodemonderzoek Hoornse Hop

Bron: Hoorn.nl

Een speciale sonarboot is deze maand, in opdracht van de gemeente Hoorn, bezig met het maken van een uitgebreide bodemscan van het Hoornse Hop. Dit om de martieme historie van de Zuiderzee bloot te leggen. Naar verwachting zullen de onderzoekers verschillende scheepswrakken tegenkomen, maar misschien ook wel verdronken dorpen zoals dat van Etersheim en dijkresten.

Een gebied van bijna tachtig vierkante kilometer - met een diepte van drie à vier meter - wordt in beeld gebracht door de onderzoekers van Periplus Archeomare, die samenwerken met surveybedrijf Deep. Zij kijken naar de bodemstructuur, sleepsporen, grondsoorten, diepte en scheepswrakken. Hiervoor is allerlei speciale apparatuur aanwezig op de onderzoeksboot ’Gemini’.

Torpedo
Op het achterdek ligt bijvoorbeeld een object in de vorm van een torpedo, dat is uitgerust met technologie die aan weerskanten geluidsgolven uitzendt. Over een breedte van honderd meter weerkaatst deze ’sonar’ op de bodem en dit levert een soort echo op. Deze beelden worden aan elkaar geplakt en vormen een bodemkaart.

Ernaast is een magnetometer te zien, waaraan een drijver is bevestigd. „Het meet variaties in het aardmagnetisch veld. Bij een gezonken kanon bijvoorbeeld, zou het apparaat uitslaan”, aldus Seger van den Brenk van Periplus. Dezelfde machine kijkt naar geulen in de ondergrond. „Voor de Romeinse tijd heeft het hier droog gelegen. Onder het zand en klei (tot wel achttien meter dik) ligt prehistorisch landschap.”

Onderzoeksgebied
Hij laat een kaart zien van het te onderzoeken gebied. Het heeft de vorm van een hart. In horizontale banen wordt de bodem gescand. Aan de randen zijn al meerdere locaties gemarkeerd met een kleine icoontje in de vorm van een schip. „Daar hebben we al eens scheepsresten aangetroffen.” Een voordeel van het Markermeer, is dat er geen stroming is. Daardoor blijft alles op dezelfde plek liggen. Bovendien zijn de scheepsresten goed bewaard gebleven in de klei.

Aan boord zijn in ieder geval de stuurman en geofysicus Dennis Oltheten (van Deep). Laatstgenoemde houdt de data nauwlettend in de gaten, checkt of alle apparatuur naar behoren werkt en markeert onder meer locaties waar (mogelijk) iets bijzonders is te vinden. De Gemini slaat 1 gigabyte data per minuut op. Van den Brenk: „Gelukkig kan dat nu. We hadden onze apparatuur al langer, maar onze computers konden de opslag lange tijd niet aan. Daardoor moesten we tot wel 90 procent van data weggooien.

Duiken
Als de eerste bodemscan is voltooid, gaat het onderzoeksteam nog een keer terug naar alle locaties waar mogelijk iets is gevonden. Daar worden nog een keer beelden gemaakt, die daarna worden geanalyseerd. De volgende stap zou het duiken naar wraklocaties zijn. Of en wanneer dat gaat gebeuren is nu nog niet duidelijk. Van den Brenk: „Er is niet veel budget en duikonderzoek is duur. Als we iets heel bijzonders vinden, kan de Rijksdienst besluiten om dit zelf te doen. Mocht het niet lukken om financiering te krijgen, dan gaan we misschien met een groepje in onze vrije tijd.”

Tot op heden is nog nooit een groot onderzoek gedaan in het Hoornse Hop. „Normaal gesproken gaat dit werk hand in hand met bodemingrepen. Als ergens om een bepaalde reden gegraven moet worden in de grond”, legt Michiel Bartels van Archeologie West-Friesland uit. De opgravingen aan het Kerkplein zijn hier een voorbeeld van.

Toen de Flevopolder droog viel, werden maar liefst 430 scheepswrakken aangetroffen. In tegenstelling tot de Flevopolder is de Markerwaard nooit ingepolderd. De enige vondsten zijn tot zover gedaan tijdens het versterken van de dijk. „We verwachten hier een zelfde wrakkendichtheid.”

Kansrijk
Tijdens de Slag om de Zuiderzee in oktober 1573 zijn veel schepen verloren gegaan op het Hoornse Hop. Bij het onderzoek dat nu plaatsvindt, mogelijk gemaakt door de Rijksdienst voor het Culturele Ergoed, is dan ook de verwachting dat verschillende wrakken worden gevonden. De Rijksdienst acht het gebied ’zeer kansrijk’ als het gaat om het vinden van 17e eeuwse scheepswrakken.

Afgelopen week startten de werkzaamheden, die 15 dagen duren. De bemanning werkt om en nabij de twaalf uur per dag, zolang het licht is. Bartels, duvelstoejager bij het project, is hoopvol over het onderzoek. „En als we niets vinden, dan weten we in ieder geval dat er niets ligt.”

Bron: NHD

 

Nieuwsarchief