Meer dan een eeuw actief voor Hoorns erfgoed

Vereniging Oud Hoorn - Actualiteit

Hoornse bodemvondsten in Haarlem   (01-11-2006)

Het accent van deze tentoonstelling ligt op vergankelijk materiaal. Uniek zijn bijvoorbeeld een aantal vilten hoeden, gevonden in de afvalkuil van een 16e eeuwse hoedenmaker. Of een kalfsleren wambuis. Toch zijn er ook enkele onvergankelijke vondsten te zien, zoals een 15e eeuwse haakbus waar zowel kogel als kruit bij de vondst nog in de loop aanwezig waren. Kortom uniek materiaal uit een unieke Hollandse stad.

Tentoonstelling in ARCHELOGISCH MUSEUM HAARLEM, Grote Markt 18k, 2011 RD Haarlem
023-5420888; wo t/m zo 13.00 - 17.00 uur; entree gratis
20 oktober 2006 t/m 15 april 2007

Hoorn en de nabij gelegen dorpen Blokker en Zwaag maken deel uit van oostelijk West-Friesland. In de midden- en late Bronstijd (ca. 1350-800 v. Chr.) was dit gebied al vrij dicht bewoond.
Vermoedelijk door een klimaatsverslechtering kwam er rond 800 v. Chr. een vrij abrupt einde aan de bewoning van oostelijk West-Friesland en ontwikkelde zich hier langzaam maar zeker een ondoordringbaar hoogveen. Het zou tot in de Middeleeuwen duren voordat het gebied opnieuw bewoond raakte. Vanuit Medemblik werd het veen in zuidelijke richting ontgonnen door het graven van ontwateringsloten. In de loop van de 12e eeuw hadden de kolonisten het gebied van Zwaag en Blokker bereikt. Hoorn volgde omstreeks 1200.
Hoorn ontstond waar de hoofdwaterloop van het ontginningsgebied via een sluisje de Westfriese Omringdijk passeerde. Hier eindigde tevens een weg vanuit het binnenland. Op deze strategische plek aan de dijk vestigden zich omstreeks 1250 de eerste boeren, vissers en handelaars. Het dorp, vermoedelijk genoemd naar de hoek (= Horn) die zich hier in de dijk bevindt, groeide voorspoedig en kreeg in 1357 stadsrechten. Vooral de 15e en 17e eeuw waren perioden van grote bloei. De scheepvaart en handel overzee speelden een belangrijke rol, niet alleen ten tijde van de VOC, maar ook in de eeuwen daarvoor, toen vooral de Oostzeehandel van belang was.
Met name het bodemarchief van de stadskern van hoorn is zeer rijk en gevarieerd. De in de loop der eeuwen ontstane metersdikke ophoging- en afvalpakketten combineren zuurstofarme omstandigheden met een vochtig tot nat milieu. Dit is ideaal voor de conservering van vergankelijk materiaal zoals hout, leer en textiel. Maar ook bot- en visresten, pitten en zaden blijven hier uitstekend bewaard. Hierdoor is het voor archeologen mogelijk een schat aan interessante gegevens te verzamelen, die een belangrijke aanvulling vormen op de geschiedenis van de stad, zoals die uit de schriftelijke bronnen bekend is.

 

Nieuwsarchief