Meer dan een eeuw actief voor Hoorns erfgoed

Lambert Melisz. De Huisman van Westzaan? (1)

Eerder verschenen in West-Frieslands Oud en Nieuw, 24e bundel, pagina 54-59.
Uitgave: Historisch Genootschap "Oud West-Friesland", 1957.

 

Houtsculptuur

Doen Dwingelandy den Staat en Westzaan dede zugten
Bevrijd dees Brave Soon syn Moeder van de Doot,
En quam op dit vatsoen, vandaar tot hier toe vlughten
Soa blijft een Edel Kind syn Ouders trouw in noot.


R. Langewagen.

Bovenstaand vers stond te lezen onder de houtsculptuur, die de Westerpoort van Hoorn sierde. Het is de bekende voorstelling van de jongeman, die een vrouw voortsleept op een berrie. In het Westfries Museum kunnen we dit tafereel bezien.
Het daar voorgestelde moet plaats gevonden hebben op 20 februari 15741). De Spaanse troepen, die in Assendelft gelegerd waren, profiteerden op 19 februari van het feit, dat de sloten behoorlijk toegevroren waren. Zij trokken op naar de Staatse Schans te Krommeniedijk, die zij na een hevig gevecht in handen wisten te krijgen.

1) Het uitgangspunt van deze korte studie is het uitvoerig artikel "Lambert Melisz. van Westzaan en zijn nageslacht te Hoorn" van de hand van de bekende Zaanse historicus G. J. Honig, gepubIiceerd in "De Zaende" (1948) blz. 324-334, 367-377. Honig heeft hierin ook opgenomen de akten betreffende Lambert Melisz. en zijn eventuele familie, die S. Lootsma in 1932 publiceerde in "West-Frieslands Oud en Nieuw" VI, blz. 71-77 onder de titel "Een Fundgrube".