Met de aanvaarding van het bestuur door Karel V kwam er langzamerhand rust in de Bourgondische
gewesten, werd de zee weer voor het verkeer geopend, kon men vertrouwen dat het ontzag voor den Habsburger
in het buitenland de Hollandsche handelsbelangen zou bevorderen. En soms is dat wel zoo geweest, al
heeft Karels wereldpolitiek bijna even vaak de directe commercieele belangen geschaad.
Hoorn dat zich in het dertigtal jaren, voorafgaande aan 1515, had terugontwikkeld tot een Middeleeuwsche
gemeenschap, waarin de krachtige drang tot ontwikkeling ter zee leefde, hield bij den aanvang van Karels
bewind op dat te zijn.
Het was in 1508 en 1510 aanzienlijk vergroot en in 1518 vaardigde de magistraat een nieuw keurboek uit,
dat het oude aanvulde en verbeterde.
Maar de vooruitgang ging in een langzaam tempo. Van de 982 schepen, die in 1518 de Sont passeerden,
waren er 589 uit de Nederlandsche gewesten en 520 uit Holland. Daarvan behoorden thuis in:
1528 | 1537 | 1538 | 1539 | |
Amsterdam | 42 | 89 | 101 | 155 |
Hoorn | 30 | 44 | 45 | 53 |
Enkhuizen | 60 | 72 | 50 | 116 1 |
Enkhuizen liet in de Oostzeevaart Hoorn nog ver achter zich.
De taaie vasthoudendheid, die een eenmaal vastgesteld doel met kloeke energie vervolgt, gepaard aan een
gezonde, practische activiteit heeft Hoorn over de moeilijke jaren heen geholpen. Deze eigenschappen
benevens een aangeboren onafhankelijkheidszin en nautische ervaring deden de bewoners van het Westfriesche
gewest in den strijd tegen Spanje een vooraanstaande plaats innemen.