Meer dan een eeuw actief voor Hoorns erfgoed

Hoorn in de Middeleeuwen

Derde hoofdstuk: Bloei (± 1460 - ± 1477)

Pagina 60

… van den Raad van Holland haar toe te staan de nog aanwezige lakens, reeds vóór het verbod ingekocht, te mogen uitsnijden en verkoopen. 1 De Raad van Holland wees er op, dat niet hij maar de Groote Raad in Mechelen het verbod had uitgevaardigd, waarop Hoorn hem verzocht zijn verzoek bij dien Raad te ondersteunen. 2 Als motief voor het verzoek om dispensatie voerde Hoorn de groote armoede aan, tengevolge van de zware dijklasten, waardoor de stad genoodzaakt was geweest veel schamele lieden voor het wantsnijden aan te nemen. 3

Reeds eerder, in 1463, hadden den hertog een reeks klachten van Hoornsche afgevaardigden te Brussel bereikt.

Toen werd gewag gemaakt van inwoners, die de stad metterwoon verlieten en naar Oost-Friesland en Utrecht verhuisden, daar de handel onmogelijk was geworden en verschillende schepen waren weggenomen.

Het herstel van den Soutendyck bij Medemblik eischte groote kosten en de stad had groote verliezen geleden bij den tocht van Willem den Bastaard; wel 12000 Philippusguldens 4 had zij aan goederen en paarden verloren. 5 Ze kon onmogelijk hulp verleenen, waarschijnlijk bij den voorgenomen kruistocht tegen de Turken in 1464, waartoe Philips in het laatst van zijn regeering besloot. 6

De Groote Raad besloot in 1465 als antwoord op het verzoek om vrijstelling van de toegestane bede en een gift voor het herstel van de dijken den baljuw van den Haag met de timmermeesters van Brabant en Holland naar Hoorn te zenden ten einde een onderzoek in te stellen. De stedelijke regeering heeft „de gecommitteerden treffelijk onthaelt en vereert, op hope van een aengenaem rapport”. Na het vertrek der inspecteurs reisden de vroedschappen Jan Dircxz en Jan Hermansz, benevens de …

1 Inv. G. A.: regest., Nos. 71 I, 712; H. J. Smit, Bronnen, No. 1548.
2 Hierop hebben betrekking twee posten in de burgemeestersrekeningen van 1464, waarin vermeld staat, dat „Volkert Jacobsz en Mr. Symon in den Haghe zijn geweest om te begeren langer uutsettinghe van 't mandement van de Engelsce lakenen”.
3 Inv. G. A.: regest., No. 711, 712; de stad verhandelt laken uit New-Castle, wat ook nog blijkt uit H. J. Smit. Bronnen, No. 1581.
4 Een philippusgulden = 30 gr.
5 Inv. G. A.: regest., No. 703.
6 P. J. Blok. Geschiedenis van het Nederlandsche volk I, p. 459: in deze jaren werd het Turkengeld geheven, wat Hoorn in 1464 weigerde te betalen. (Velius-Centen, p. 80); supplicatie in de Rek. 1464.