Meer dan een eeuw actief voor Hoorns erfgoed

Hoorn in de Middeleeuwen

Tweede hoofdstuk: Groei (± 1400 - ± 1460)

Pagina 48

… en daarvan belasting eischen. In 1476 liet hij de schatting met geweld, dus ondanks tegenstand innen. Maar na 1477 werd ook deze maatregel niet herhaald. Toch slaagden de stedelijke regeeringen in Holland er in tusschen 1460 en 1480 de geestelijkheid tot belastingbetaling te brengen, maar na 1492 werd de belastingvrijheid weer hersteld. Eerst in 1522 dwong Karel V ze tot geregelde bijdragen en in 1553 werd alle vrijdom van belasting voor de geestelijkheid opgeheven. 1

De aankoop van gronden rondom Hoorn vergrootte het kerkelijk bezit dermate, dat de poorters, die geen plaats meer overhielden om hun vee te weiden, hun beklag deden bij den hertog, wien zij verzochten de noodige maatregelen te nemen om verbetering in dien toestand te brengen. In 1498 verbood deze aan de geestelijkheid gronden te koopen, die binnen een mijl afstand van de stad lagen. 2

De zusters van het St.-Ceciliaconvent belastten zich ook met de zorg voor vreemde personen. 3 Zoo adopteerden ze in 1469 een weeze tegen betaling van honderd postulaatguldens. 4

Ook de stad trok zich het lot der weezen aan. In 1456 worden de weesmeesters, aan wie het onderhoud en de opvoeding der weezen was opgedragen, voor het eerst genoemd. 5 Een bepaalde inrichting om hun gezamenlijk onderdak te verleenen, werd eerst in 1531 gebouwd. 6

Evenzoo was de armenzorg georganiseerd. Er waren huiszittenarmen en bewoners van het Heilige-Geesthuis, dat reeds in 1412 bestond, getuige een acte, waarbij Willem Alberdsz de renten en inkomsten, die hij op het Heilige-Geesthuis bezit, aan de stad vermaakte. 7 Door een groot aantal dotaties werd de inrichting gesteund. 8 Armmeesters 9 waren belast met het toezicht op en de verzorging van de huiszitten-armen. Dat er in een welvarende …

1 P. J. Blok, Een Holl. stad in het Bourg.-Oost. tijdperk, p. 216 e.v. In Amsterdam werd om het economisch nadeel voor de burgerij te beperken de geestelijkheid tot straat- en brugbelasting verplicht. (H. Brugmans, Opkomst en Bloei, p. 56). In Hoornsche belastingkohieren van vóór 1475 lezen we: St.-Ceciliaconvent 32 pd., St.-Marie 5 pd., St.-Katrinen 2 pd., St.-Geertruut 4 pd., die susteren af ter die kerc 15 pd.
2 Inv. G. A.: regest, No. 1201.
3 Inv. G. A.: regest, No. 633.
4 Inv. G. A.: regest, No. 916.
5 Keurboek 1456, art. 215.
6 Velius-Centen, p. 234.
7 Inv. G. A.: regest, No. 181.
8 Inv. G. A.: regest, No. 724 .
9 Keurboek 1456, art. 216; ook „kerckefabrycmeesters”z genoemd.