Meer dan een eeuw actief voor Hoorns erfgoed

Hoorn in de Middeleeuwen

Tweede hoofdstuk: Groei (± 1400 - ± 1460)

Pagina 20

… Oostelijk West-Vriesland (1418), 1 die daarvóór in Medemblik woonde.

De onrust, die de paar eerste jaren van Jacoba's bewind kenmerkte, 2 trof Hoorn dus niet in haar vreedzame ontwikkeling. Spoedig echter veranderde dit, toen het zich aan de zij schaarde van Jan van Beieren, die bij het verdrag van Woudrichem in 1419 Holland, Zeeland en Friesland in pand had gekregen. Toen bewoners van Kampen en Deventer, tegenstanders van hertog Jan, Marken plunderden, togen de Hoornschen er heen, versloegen den vijand en maakten vele plunderaars gevangen (1420). Voor dit bewijs van toewijding aan zijn zaak verleende de hertog Hoorn tal van privilegiën. 3 Bij zijn overlijden in 1425, nam Philips van Bourgondie zijn aanspraken op Jacoba's landen over en wijzigde de stad haar politiek: zij sloot zich bij den Bourgondiër aan. Een noodlottige gebeurtenis was daarvan, volgens Velius, de oorzaak. De zoon van den rijken Hoornschen burgemeester Lambert Cruyf, 4 in Gouda vertoevend en ooggetuige van het voorbijrijden van Jacoba met haar hofstoet, werd om een onvoorzichtig gezegde gearresteerd en ter dood gebracht, ondanks de belofte, door Jacoba aan den toegesnelden vader gegeven, den jongen man te zullen redden. Burgemeester Cruyf in Hoorn weergekeerd, stelde al zijn welsprekendheid in 't werk en bereikte dat Hoorn, verbitterd door 't onrecht, de zijde van Philips koos (1426). 5 Rond de stad werd nu, om zich tegen een aanval van Jacoba te kunnen verweren, een aarden wal gemaakt, betaald …

1 Velius-Centen, p. 35; Het Proostenhuis werd het tegenwoordige Westfriesche Museum. (Kroon en Kapteyn, p. 14). Faber, Opheffing van het baljuwschap van Medemblik.
2 Poelman, Bronnen I, No. 943.
3 O.a. het bekende privilege van 1422, waarbij het verkiezen van schepenen werd geregeld. Op Goeden Vrijdag kozen de burgers, die tien pond belasting betaalden, d.w.z. die 250 nobels bezaten, bij loting negen uit hun midden. De handeling der verkiezing noemde men „te boon” gaan en de negen mannen „boonluiden”. Zij hadden uit een zakje, waarin evenveel boonen waren als het aantal kiesgerechtigden bedroeg, de negen zwarte uit de overige, die wit waren, gekozen. Die negen personen kozen daarop drie raden of vroedschappen en 21 burgers. Op Paaschavond koos dan de schout van Hoorn uit die 21 burgers de zeven schepenen. (Van Marle, p. 46).
4 In het schotboek van Hoorn, eerste helft 15e eeuw, ± 1432 staat Cruyf aangegeven voor XXVIII pd. met nog drie anderen. Onder de namen van schippers en bevrachters in Hoorn in het Kamper tolregister komt die naam niet voor. Vermoedelijk is dus Cruyf als grootgrondbezitter en veehouder eerst Hoek geweest en werd hij door den wreeden dood van zijn kind Kabeljauw.
5 Velius-Centen, p. 42; Doesburg, p. 7; waarschijnlijk zal de overweging, in Philips een sterkeren steun te hebben in den strijd tegen de Hanze, van invloed zijn geweest op den overgang, waaruit dus weer zou volgen, dat de …