Meer dan een eeuw actief voor Hoorns erfgoed

Hoorn in de Middeleeuwen

Tweede hoofdstuk: Groei (± 1400 - ± 1460)

Pagina 15

… op een landdag de verzekering te geven, dat men zijn dochter na zijn overlijden zou huldigen. 1 Aanvankelijk werd die belofte vervuld. Hieruit blijkt een verandering in de partijverhouding: de vroegere bestuurders der stad, in ± 1350 hoofdzakelijk boeren, waren Kabeljauwen geweest, thans, bij den aanvang van Jacoba's bewind, waren de regeerders, voor een goed deel veehouders nog en verder vermoedelijk enkele kooplieden, Hoekschgezind. 2

In het in economisch opzicht vrij ongunstige tijdperk der Friesche oorlogen 3 had de welvaart van Hoorn niet noemenswaard geleden. Naast het boerenbedrijf en de scheepvaart, die aan tal van burgers brood schonken, was in de 14e eeuw in Hoorn en tal van andere Hollandsche zeeplaatsen de vangst van haring een belangrijk middel van bestaan geworden. Reeds in 1384 begonnen de Hollanders in de wateren om Schonen op haring te visschen en huurden daarvoor schuiten in de Hanzesteden, tot dit laatste door de tusschenkomst van Lübeck onmogelijk werd gemaakt. 4

Naast de haringvisscherij 5 ontwikkelde zich een belangrijke haringhandel. Vanuit Hoorn en andere plaatsen werd deze visch versch en gerookt verhandeld, in den eersten staat vooral naar Antwerpen, waar de bokkingrookerij toen zeer bloeide. 6 Na de uitvinding van het haringhaken door Willem Beukelsz te Biervliet in 1384 en het breien van het groote net te Hoorn in 1416 konden nog „dit selve jair de eerste buyssen van Hoorn in zee varen om den haringh te vangen”, meldt Velius. 7 Spoedig ontwikkelde zich een belangrijke exporthandel. Toen de haringvangst der Wendische steden op Schonen in de eerste helft der 15e eeuw sterk verminderde, begon men de Hollandsche haring ook naar het Oostzee gebied en West-Duitschland uit te voeren. 8 …

1 Kroon en Kapteyn, p. 14.
2 H. J. Smit, Opkomst, p. 179. vgl.
3 H. J. Smit, Opkomst, p. 184.
4 H. J. Smit. Opkomst, p. 133 e.v.
5 H. J. Smit, Opkomst, p. 206, zegt. dat na 1910 de haring om Schonen begon te verdwijnen. Toen werden dus de Noord- en Zuiderzee de vangplaatsen.
6 J. G. van Dillen, De econ. bet., p. 129; dat de Hoornsche bokking gewild was, valt af te leiden uit bokkingschenkingen vermeld in de Rekening van 1464.
7 Velius-Centen, p. 32.
8 Dat de kwaliteit uitmuntend was. bewijst de volgende aanhaling: In Frankreich galt 1577 der beste holländische Hering 24, 10; der gesalzene yarmouth Hering 20, 12; der irische Hering 18; der schottische 11 Pfund flämisch die Last (E. Baarsch: Holländische Wirtschaftsgeschichte, p. 60).