Meer dan een eeuw actief voor Hoorns erfgoed

Hoorn in de Middeleeuwen

Eerste hoofdstuk: Opkomst (veertiende eeuw)

Pagina 7

Verder vermelden dezelfde bronnen in 1390-1391, 4 schepen van Hoorn. met een vracht, bestaande uit: kanefas, linnen, walnoten, drie vat olie, bontlaken, (panni strangulati), vlas, tegels (20000), wagenschot, schepvaten, basttouwen. 1 Talk en vlas als bestanddeelen van de ladingen wijzen er vermoedelijk op, dat er reeds Hoornsche schippers naar Pruisen voeren. In 1392-1393 vindt men weder in New-Castle on Tyne op de tabel van den invoer: twee schepen uit Hoorn met ladingen uit dezelfde waren soorten bestaande plus ijzer, vermoedelijk uit Zweden; 2 op die van den uitvoer twaalf schepen uit Hoorn, waarvan vermeld wordt, dat ze allerlei soorten van laken en steenkool, een last gerookte haring en twee voeder 3 lood uitvoeren. In 1400 beveelt koning Hendrik IV twee Hoornsche schippers, die in arrest gesteld waren, de vrijheid weer te geven, daar men den koning heeft meegedeeld, dat Hoorn in Holland en niet in 't hem vijandige Friesland ligt. In de rekening van 1401-1403 vinden we weer, naast de bovengenoemde waren: sparren, pek, uien, gedroogde schol, vaten appelen ingevoerd en molensteenen uitgevoerd.

Te Scarborough worden in dezelfde periode vermeld, 119 schepen, waarvan 70 uit Noord-Nederland, drie uit Hoorn afkomstig zijn. Van de vertrekkende 121 waren er 72 uit Noord-Nederland afkomstig, waaronder twee uit Hoorn. De bevrachters van bovengenoemde schepen zijn vaak de schippers zelf alleen, of in combinatie met anderen. Omstreeks 1400 zullen er stellig Hoornsche schippers Pruisen bezocht hebben, want in 1391 werd er onder de 55 borgen, welke te Danzig voor het naleven van de ordonnantie tegen de Vlamingen 4 moesten zorgen, één persoon uit Hoorn vermeld (Albert Hemansz) tegen vier uit Enkhuizen en een en twintig uit Amsterdam. 5 In 1407 was er een Hanzedag te den Haag, waar een afgevaardigde van Hoorn, Jacob Simonssen, zich met den burgemeester van Hamburg wou verstaan omtrent door Hoorn geleden schade. De stad telde dus reeds, hoe …

1 H. J. Smit, Bronnen, No. 716; vgl. verder Nos. 732, 760, 782, 783.
Wagenschot, op een bepaalde wijze gezaagd eikenhout. Verdam-Stoett, Mnl. Woordenboek.
2 D. Schäfer, Die Hanse, S. 42. D. Schäfer, Das Buch des Lübeckischen Vogts auf Schonen, S. LXXII.
3 Wagenvracht, Verdam-Stoett. Mnl. Woordenboek.
4 Het verkeer met de Vlamingen was afgebroken wegens de onrust, die er heerschte door den twist tusschen graaf Lodewijk van Male en zijn onderdanen. (P. J. Blok, Gesch. van het Nederlandsche Volk I, p. 288).
5 E. Daenell, Blütezeit der deutschen Hanze I, p. 266; Hanze-Recesse I, 8, No. 1172.