Vereniging Oud Hoorn - Actualiteit

Willeke zegt over die speciale band: ,,Hoorn is een overzichtelijke stad. Dit in tegenstelling tot Amsterdam. Die kleinschaligheid van Hoorn vinden wij een voordeel.”

Molkenboer

Stadsherstel benaderde hen in 2019, toen de restauratie van de voormalige Michaëlkerk in Westerblokker net was afgerond. In de halve eeuw van haar bestaan kocht, restaureerde en verkocht de stichting zo’n vijftig monumentale of beeldbepalende panden. Daarvan zijn er nog een paar in eigendom zoals de Michaëlkerk in Westerblokker, de Ridderikhofpanden op de Roode Steen en de Regentenkamers van het voormalige Sint Jozefhuis aan het Achterom in Hoorn, waar de Kaap Hoornvaarders zetelen.

Jeeninga en Jonkhoff werkten nog volop aan De Vaderlandsche Maatschappij. ,,Eerst kwam de stichting met de suggestie voor een boek over de architect Theo Molkenboer (1796-1863). Hij maakte onder meer het ontwerp voor de Sint Martinuskerk in Westwoud. Hij werd vooral bekend door de vele kerkgebouwen”, vertelt Willeke Jeeninga.

,,Bleijs is geboren en getogen in Hoorn. Alleen al in deze stad heeft hij de hand gehad in de bouw of verbouw van circa zeventig panden en gebouwen. Onder meer de Cyriacuskerk aan het Grote Noord en De Gekroonde Jaagschuit (Kaagpanden aan het Breed 38, red) heeft Bleijs ontworpen. Van hem is nog geen boek verschenen. Dat werd de hoogste tijd”, aldus Jeeninga.

Voorzitter Jaap Schaper van Stadsherstel kan zich helemaal vinden in de keuze: ,,Bleijs was vanzelfsprekend een veel beter persoon om vanwege ons jubileum een boek aan te wijden. De man heeft zoveel betekend voor Hoorn.” Ook Stadsherstel Amsterdam participeerde in het project. Van Het Prins Bernhard Cultuurfonds kwam een forse subsidie.

Twee jaar arbeid

De samenstellers werkten ruim twee jaar aan de uitgave. Ze kregen zoveel informatiemateriaal onder ogen dat werd besloten tot een boek van 520 in plaats van de geplande 320 pagina’s. Ook moest om die reden de uitgave een jaar worden uitgesteld. ,,Het moest een perfect en volledig boek over Bleijs worden”, aldus Schaper.

In het eerste deel wordt ingegaan op de persoon Adrianus Bleijs en diens levensloop. Daarna worden alle 225 ontwerpen van zijn hand die via uitvoerig onderzoek in archieven boven water zijn gekomen één voor één beschreven.