Zijn reisverslag kreeg grote bekendheid door het jongensboek ‘De scheepsjongens van
Bontekoe’, dat Johan Fabricius in 1924 schreef. Sinds 1968 staat een bronzen beeldengroep van
de scheepsjongens Rolf, Padde en Hajo aan de Veermanskade, vlakbij de Hoofdtoren.
Ter hoogte van de huidige Holenweg passeerde Van Lennep de ‘fraaie en zeer
bezochte herberg De Nadorst’. Op de gravure onderaan deze pagina uit 1728 zien we de 18de-eeuwse
Nadorst, ook toen al een geliefde pleisterplaats
(RAH).
Voor hij de avontuurlijke reis maakte, waardoor hij zo bekend zou worden, was Bontekoe al iets
overkomen, dat in die tijd zo gewoon was, dat hij het zelfs niet de moeite waard vond het te vermelden.
Op 17 september 1617 was zijn schip in de Middellandse Zee gekaapt door Barbarijse zeerovers. Zoals
gebruikelijk kon de bemanning worden losgekocht tegen vastgestelde bedragen. Voor Bontekoe en zijn
broer moest een flinke som worden neergeteld: ‘2915 dobbels, sijnde omtrent 750 realen van
achten’. In de zeventiende eeuw, toen de zeeroverij op haar hoogtepunt was, zaten in Algiers
soms wel 20 tot 30.000 slaven gevangen, die afkomstig waren uit alle delen van Europa. Met zware arbeid
moesten zij in hun levensonderhoud voorzien tot het losgeld bij elkaar was gebracht, waarmee zij konden
worden vrijgekocht. Aangezien het doorgaans om enkele duizenden guldens ging, waren hun familieleden
vaak niet in staat zo'n bedrag op te brengen. Met behulp van dorpsbesturen, armbesturen, diaconieën
en door collectes en zelfs loterijen te houden, moest het geld bij elkaar gebracht worden.
De latere Nadorst, die voor talloze Hoornsen het einddoel was van een zondagse wandeling of
een ritje met de paardetram. Het huidige etablissement de Nadorst in Westerblokker heeft met de oude
herberg alleen de naam gemeen (Coll. W.F.H. Robat).
Vrouwen die iets van de wereld wilden zien, hadden in het verleden vaak geen andere keus dan verkleed
als man aan te monsteren op een schip of dienst te nemen in een leger. Een van hen was Maria ter Metelen,
die in 1725 op 21-jarige leeftijd besloot ‘een reyse te doen in manskleederen door Vrankrijk’.
Toen zij daar als vrouw ontmaskerd was, nam zij de wijk naar Spanje, waar zij trouwde met een Hollandse
scheepskapitein. Op de terugreis naar het vaderland werd het schip door zeerovers gekaapt.
Hotel ‘Het Wapen van West-Friesland’ aan het Kleine Noord in de jaren twintig
van deze eeuw. Ook dit etablissement was oorspronkelijk een uitspanning en logement voor reizigers met
paard en wagen. Na de Eerste Wereldoorlog, toen het paard uit het straatbeeld verdween, werden de
opschriften gaandeweg veranderd in hotel, café en restaurant (Coll. W.F.H. Robat).